Revolutie in de Nederlandse literatuur
1 Beschrijf waaruit de revolutie in de Nederlandse literatuur na 1550 bestond. Betrek in je beschrijving in elk geval de termen renaissance, imitatio en sonnet en leg ze uit.
2 Op de startpagina van de DBNL vind je in de rubriek ‘Nieuwe gedichten’ sonnetten uit de 21ste eeuw.
a. Kies er een uit en beschrijf kort de inhoud.
b. Vergelijk het gekozen sonnet met dat van Van der Noot op deze pagina. Voldoen deze twee sonnetten aan de algemene regels voor inhoud en vorm die op deze pagina voor de renaissance gegeven worden? Geef argumenten voor je antwoord.
3 Schrijf zelf een sonnet over een actuele gebeurtenis in de maatschappij of in je persoonlijke leven. Houd rekening met de volgende aspecten:
• Rijmschema
• Aantal regels
• Indeling
• Wending
1. Na 1550 kwam er een periode met de naam 'Renaissance', letterlijk vertaald als 'wedergeboorte'. In deze tijd was er veel sprake van imitatio, er werden namelijk veel sonnetten geschreven die bijna allemaal werden gemaakt met behulp van nabootsing.
2. Ik heb gekozen voor dit gedicht:
Groot en rond zijn de woorden
maar liever niet als de maan
die ijle braakbal van elke dichter
Julio rookte een Cubaanse sigaar
met een vlak en peinzend gelaat
en de liefde was wederzijds
net als het politieke geweld
waarvoor hij was gevlucht ik van mijn kant
oogde fragiel als een splinter glas
en de hiel waaruit het bloed
niet stroomt en ik liet me opvissen
door zijn gulle blik
tienduizend euro om alle gemaakte
schulden af te lossen en nog eens tienduizend
om over de balk te gooien
het bekken van een vrouw
als de capsule van major Tom
waar men zich van de roetzwarte last
van de wereld wit kan wassen
tot men doorzichtig als een engel van zijde
over alle grenzen heen is geleden
Els Moors
Dit sonnet gaat over een man die een vrouw inpalmt en de vrouw trapt daarin.
b. De twee sonnetten hebben allebei een thema wat draait om liefde. Hierbij worden de algemene regels opgevolgd en het rijmschema klopt, net als de indeling en het aantal regels.
3. Mijn sonnet:
Oorlogen overal,
in elk werelddeel.
Een rollende bal,
steeds een groter geheel.
Mensen worden gekwetst,
om simpele dingen.
Ben ik de enige die wenst,
dat we dit moeten verdringen?
Stop met haten,
Stop die toon
Stop met praten,
Stop gewoon.
Denk na voordat je iets zegt,
je kan mensen raken.
Begin niet met een gevecht,
maar begin met vrede maken.
Rederijkersliteratuur
1 Voor de rederijkers in Noord en Zuid was de Nederlandse taal een uitdaging. Noem twee voorbeelden die op deze pagina genoemd worden waaruit dat blijkt.
2 Waarom besteedden de rederijkers in hun werk zoveel aandacht aan het samenspel van inhoud en vorm?
3 Lees de themapagina’s ‘Leven en sterven voor het geloof’ en ‘De geschiedenis in een notendop’.
a. Bedenk twee thema’s voor een zeventiende-eeuws landjuweel.
b. Aan welke eisen voor de vormgeving moeten de inzendingen voldoen?
c. Welke thema’s kunnen tegenwoordig centraal staan bij een dergelijke wedstrijd, bijvoorbeeld een poetry slam? Motiveer je antwoord.
1. De rederijkers zochten steeds nieuwe manieren om te dichten, het ging hierbij vooral om de vormgeving van het gedicht en niet zo zeer om de taal. In noord en zuid Nederland is er sprake van dialecten, omdat de mensen daar zo gewend zijn aan hun eigen dialect is het voor hun moeilijker om normaal Nederlands te spreken en schrijven.
2. Dit was omdat de rederijkers een uitdaging zochten, zij wilde zoveel mogelijk verschillende vormen van dichten verzinnen en uitvoeren.
3. a. Bijvoorbeeld Eer aan de koning en een verhaal over een overwinning van een oorlog.
b. Een landjuweel bestaat uit 7 wedstrijden en wie een wedstrijd wint moet de volgende organiseren, bij elke wedstrijd is een prijs te winnen bij de 1e 1 schaal, bij de 2e 2 schalen enz.
c. Alles wat zich in de maatschappij afspeelt, dus bijvoorbeeld het milieu. Dit is zo omdat het iedereen aangaat en zeer actueel is, net zoals in de 17e eeuw de andere onderwerpen actueel waren.
Gouden tijden
1 a. Waar hadden de zeventiende-eeuwers het begrip ‘Gouden Eeuw’ vandaan?
b. Welke twee betekenissen kent het begrip ‘Gouden Eeuw’?
c. Noem twee redenen waarom deze eeuw als de ‘Gouden’ eeuw wordt aangeduid.
2 Noem minimaal vijf redenen waardoor de zeventiende-eeuwse Noord-Nederlandse Republiek zo welvarend kon worden.
3 Lees het gedicht van Jacob Cats op deze pagina (‘Zo wie maar eens betreedt de ring van onze kusten’) nog eens goed. Welke rol spelen de vier elementen voor de Noord-Nederlandse Republiek in dit gedicht? Geef in je antwoord voorbeelden uit Cats’ tekst.
1. a. Dit begrip kwam uit een tekst uit de Latijnse literatuur.
b. De betekenissen van 'Gouden Eeuw' zijn dat het een eeuw van welvaart was, maar ook een eeuw van bloei in de kunst.
c. De eeuw wordt 'Gouden Eeuw' genoemd, omdat:
- De Republiek der Verenigde Nederlanden in de 17e eeuw beschikte over enorme materiële rijkdommen.
- Deze eeuw glansde en glinsterde door alle geweldige kunstenaars.
2. Dit kwam door:
- de enorme materiële rijkdommen.
- de economische bloei.
- de opkomende beroemde kunstenaars.
- de handel.
- de natuurlijke ligging aan waterroutes waarover handel plaatsvond.
3. De elementen:
- Water: zorgt voor alles wat groeit.
- Aarde: hierin groeien alle gewassen.
- Lucht: als de adem en zuurstof.
- Vuur: Als de zon, die zorgt dat de gewassen groeien.
Pieter Corneliszoon Hooft, de elegante intellectueel
1 Beschrijf waaruit de revolutie in de Nederlandse literatuur na 1550 bestond. Betrek in je beschrijving in elk geval de termen renaissance, imitatio en sonnet en leg ze uit.
2 Op de startpagina van de DBNL vind je in de rubriek ‘Nieuwe gedichten’ sonnetten uit de 21ste eeuw.
a. Kies er een uit en beschrijf kort de inhoud.
b. Vergelijk het gekozen sonnet met dat van Van der Noot op deze pagina. Voldoen deze twee sonnetten aan de algemene regels voor inhoud en vorm die op deze pagina voor de renaissance gegeven worden? Geef argumenten voor je antwoord.
3 Schrijf zelf een sonnet over een actuele gebeurtenis in de maatschappij of in je persoonlijke leven. Houd rekening met de volgende aspecten:
• Rijmschema
• Aantal regels
• Indeling
• Wending
1. Na 1550 kwam er een periode met de naam 'Renaissance', letterlijk vertaald als 'wedergeboorte'. In deze tijd was er veel sprake van imitatio, er werden namelijk veel sonnetten geschreven die bijna allemaal werden gemaakt met behulp van nabootsing.
2. Ik heb gekozen voor dit gedicht:
Groot en rond zijn de woorden
maar liever niet als de maan
die ijle braakbal van elke dichter
Julio rookte een Cubaanse sigaar
met een vlak en peinzend gelaat
en de liefde was wederzijds
net als het politieke geweld
waarvoor hij was gevlucht ik van mijn kant
oogde fragiel als een splinter glas
en de hiel waaruit het bloed
niet stroomt en ik liet me opvissen
door zijn gulle blik
tienduizend euro om alle gemaakte
schulden af te lossen en nog eens tienduizend
om over de balk te gooien
het bekken van een vrouw
als de capsule van major Tom
waar men zich van de roetzwarte last
van de wereld wit kan wassen
tot men doorzichtig als een engel van zijde
over alle grenzen heen is geleden
Els Moors
Dit sonnet gaat over een man die een vrouw inpalmt en de vrouw trapt daarin.
b. De twee sonnetten hebben allebei een thema wat draait om liefde. Hierbij worden de algemene regels opgevolgd en het rijmschema klopt, net als de indeling en het aantal regels.
3. Mijn sonnet:
Oorlogen overal,
in elk werelddeel.
Een rollende bal,
steeds een groter geheel.
Mensen worden gekwetst,
om simpele dingen.
Ben ik de enige die wenst,
dat we dit moeten verdringen?
Stop met haten,
Stop die toon
Stop met praten,
Stop gewoon.
Denk na voordat je iets zegt,
je kan mensen raken.
Begin niet met een gevecht,
maar begin met vrede maken.
Rederijkersliteratuur
1 Voor de rederijkers in Noord en Zuid was de Nederlandse taal een uitdaging. Noem twee voorbeelden die op deze pagina genoemd worden waaruit dat blijkt.
2 Waarom besteedden de rederijkers in hun werk zoveel aandacht aan het samenspel van inhoud en vorm?
3 Lees de themapagina’s ‘Leven en sterven voor het geloof’ en ‘De geschiedenis in een notendop’.
a. Bedenk twee thema’s voor een zeventiende-eeuws landjuweel.
b. Aan welke eisen voor de vormgeving moeten de inzendingen voldoen?
c. Welke thema’s kunnen tegenwoordig centraal staan bij een dergelijke wedstrijd, bijvoorbeeld een poetry slam? Motiveer je antwoord.
1. De rederijkers zochten steeds nieuwe manieren om te dichten, het ging hierbij vooral om de vormgeving van het gedicht en niet zo zeer om de taal. In noord en zuid Nederland is er sprake van dialecten, omdat de mensen daar zo gewend zijn aan hun eigen dialect is het voor hun moeilijker om normaal Nederlands te spreken en schrijven.
2. Dit was omdat de rederijkers een uitdaging zochten, zij wilde zoveel mogelijk verschillende vormen van dichten verzinnen en uitvoeren.
3. a. Bijvoorbeeld Eer aan de koning en een verhaal over een overwinning van een oorlog.
b. Een landjuweel bestaat uit 7 wedstrijden en wie een wedstrijd wint moet de volgende organiseren, bij elke wedstrijd is een prijs te winnen bij de 1e 1 schaal, bij de 2e 2 schalen enz.
c. Alles wat zich in de maatschappij afspeelt, dus bijvoorbeeld het milieu. Dit is zo omdat het iedereen aangaat en zeer actueel is, net zoals in de 17e eeuw de andere onderwerpen actueel waren.
Gouden tijden
1 a. Waar hadden de zeventiende-eeuwers het begrip ‘Gouden Eeuw’ vandaan?
b. Welke twee betekenissen kent het begrip ‘Gouden Eeuw’?
c. Noem twee redenen waarom deze eeuw als de ‘Gouden’ eeuw wordt aangeduid.
2 Noem minimaal vijf redenen waardoor de zeventiende-eeuwse Noord-Nederlandse Republiek zo welvarend kon worden.
3 Lees het gedicht van Jacob Cats op deze pagina (‘Zo wie maar eens betreedt de ring van onze kusten’) nog eens goed. Welke rol spelen de vier elementen voor de Noord-Nederlandse Republiek in dit gedicht? Geef in je antwoord voorbeelden uit Cats’ tekst.
b. De betekenissen van 'Gouden Eeuw' zijn dat het een eeuw van welvaart was, maar ook een eeuw van bloei in de kunst.
c. De eeuw wordt 'Gouden Eeuw' genoemd, omdat:
- De Republiek der Verenigde Nederlanden in de 17e eeuw beschikte over enorme materiële rijkdommen.
- Deze eeuw glansde en glinsterde door alle geweldige kunstenaars.
2. Dit kwam door:
- de enorme materiële rijkdommen.
- de economische bloei.
- de opkomende beroemde kunstenaars.
- de handel.
- de natuurlijke ligging aan waterroutes waarover handel plaatsvond.
3. De elementen:
- Water: zorgt voor alles wat groeit.
- Aarde: hierin groeien alle gewassen.
- Lucht: als de adem en zuurstof.
- Vuur: Als de zon, die zorgt dat de gewassen groeien.
Pieter Corneliszoon Hooft, de elegante intellectueel
- Wat waren de belangrijkste ideeën die Hooft met zijn werk wilde uitdragen? Noem er drie.
- Lees het Deuntje, op deze pagina, dat begint met ‘Als Jan Sijbrecht zou belezen’.
a. Omschrijf kort (in maximaal 100 woorden) de rol van Jan en de rol van Sijbrecht in dit lied.
b. Leg uit wat Jan en Sijbrecht bedoelen met de refreinregel ‘Reine liefd’ kan niet vergaan’.
- Ga naar http://home.hetnet.nl/~corpetrus/dichters/FrancescoPetrarca.htm en lees sonnet 134 en sonnet 292
a. Vergelijk deze sonnetten met ‘Mijn lief, mijn lief, mijn lief’ van P.C. Hooft, dat in het Terzijde bij deze pagina (Hooft op vrijersvoeten) is opgenomen). Zie je overeenkomsten of verschillen?
b. Voldoen de sonnetten aan de algemene regels die op de literatuurgeschiedenis pagina ‘Revolutie in de Nederlandse literatuur’ gegeven worden? Geef argumenten voor je antwoord.
1. Hij wilde graag een modernisering van de Nederlandse cultuur. Dit moest gebeuren door de literatuur te bestuderen van de oudheden. Daarnaast probeerde hij zo veel mogelijk liefde en drama in zijn stukken te verwerken. Hij had zelf een goed liefdeleven en dus leek dit redelijk makkelijk te gaan. Toch stopte hij veel energie in zijn werken. Hij verzon zelf woorden en maakte hele lange zinnen.
2. a. Jan is de man die verliefd is op Sijbrecht, maar Sijbrecht gelooft hier niet helemaal in. Ze vraagt hem of hij echt van haar houdt. Toch probeert ze hem te overtuigen van hun liefde door met hem te trouwen. Beiden betwijfelen hun huwelijk wel eens, maar dan overtuigen ze elkaar met de zin 'Echte liefde kan niet vergaan'.
b. Zoals ik hierboven al zei, betekent het dat hun liefde niet kan vergaan, omdat het echte liefde is.
3. _________
134
Ik heb geen vrede en ik kan niet strijden,
ik hoop en vrees, ik gloei en ben van ijs.
ik zweef naar boven en ik lig te lijden
ik heb de wereld lief, die ik misprijs !
ik ben verlost en ik kan me niet bevrijden,
ik heb houvast en raak toch van de wijs,
ik voel me levend en gestorven beide:
ach, liefde is zowel hel als paradijs !
Ik zie verblind, ik schreeuw en kan niet praten,
ik haat mezelf en houd van iedereen,
ik roep om hulp en wil het leven laten,
ik huil van vreugde, ik lach terwijl ik ween,
leven en dood kwelt mij in gelijke mate:
en dit, o liefste, komt door jou alleen !
*
_________
292
Die ogen zo vol vuur door mij beschreven,
die armen, handen, voeten en gezicht,
waardoor mijn hart soms zózeer werd ontwricht
dat ik met niemand meer kon samenleven,
die haren met een gouden glans doorweven,
die glimlachjes zo warm op mij gericht,
zijn nu vergaan tot stof, dat ergens ligt
en elk gevoel voorgoed heeft prijsgegeven.
En ik, ik leef, maar doodvermoeid en 't leven zat
en zonder 't reddend licht dat op mij wachtte
steeds als de storm mijn schip geteisterd had.
Verdwijn, o liefdeslied, uit mijn gedachten !
Want weg is het talent dat ik bezat:
ik schrijf geen verzen meer, maar jammerklachten !
*
_________
a. Ik zie voornamelijk verschillen, omdat er bijvoorbeeld geen refreinregel is die zich steeds herhaalt. Daarnaast is het werk van Hooft geschreven in twee perspectieven; die van de man en die van de vrouw. Bij de bovenstaande sonnetten is de liefde maar van één kant beschreven. Daarom vind ik dat er weinig overeenkomsten zijn tussen de sonnetten en 'Mijn lief'.
b. De sonnetten voldoen volgens mij aan de algemene regels, namelijk door het rijmschema en een onverwachte wending.
Liefde in woord en beeld

1. Emblemen zijn een activerende vorm van literatuur, omdat je de afbeelding moet bekijken, de titel moet lezen en het onderschrift moet bestuderen. Door deze drie aspecten, wordt je actiever met de literatuur.
2. a. De les die hij mee probeert te geven is denk ik dat je naar je hart moet luisteren en moet doorzetten.
b. In het embleem is te zien dat een engel iets uit het vuur moet halen, maar omdat dit heel heet is, moet hij doorzetten om dit te kunnen bereiken.

3. a. Op de afbeelding is te zien dat twee apen elkaar in de armen houden. Ze zijn verliefd en willen voor altijd bij elkaar blijven. Met het onderschrift op literatuurgeschiedenis.nl wordt duidelijk dat ze alles voor elkaar willen doen, als ze maar kunnen blijven liefhebben.
b. Ik denk dat Poirters met dit embleem wilt zeggen dat het niet uitmaakt of je mooi of lelijk bent, of hoe je bent. Als je maar van elkaar houdt dan kom je er wel.
c. Hieronder zie je een embleem van Fokke en Sukke. Deze kun je vergelijken met het embleem van Poirters. Overeenkomsten zijn dat het niet uitmaakt of je trouwt of niet, je moet elkaar wel echt liefhebben. Ook zijn er verschillen, want de apen zijn wel echt verliefd, maar of dit ook geldt voor de Fokke en Sukke strip...
Ik denk dat deze strip zeker een voorbeeld is van moderne emblematiek. Het heeft welliswaar geen onderschrift, maar wel tekstballonnetjes. Daarnaast probeert het ook echt een boodschap over te brengen, door middel van de tekening en de tekst. Daarom denk ik dat je dit heel goed moderne emblematiek kan noemen.
Aardse paradijzen
Liefde in woord en beeld
- Waarom staan emblemen bekend als een activerende vorm van
literatuur?
- Lees de themapagina ‘Met veer en kwast – over
dubbeltalenten’. Klik op de ‘Duytsche lier’ van Jan Luyken, ga vervolgens
naar de ‘Derde verdeeling’ en bekijk de eerste pagina tot en met het
eerste gedicht.
a. Welke les denk je dat Luyken zijn lezer(es) wilde meegeven?
b. Leg je antwoord uit aan de hand van het getoonde embleem. - Lees de schrijverspagina ‘Jacob Cats en Adriaen Poirters –
twee geloven, één doel’. Hier zie je een van de emblemen uit Poirters’
bundel Het masker van de
wereld afgetrokken.
a. Beschrijf wat er op de pictura gebeurt en wat de teksten betekenen.
b. Welke boodschap wil Poirters met dit embleem geven?
c. Zoek een stripje van Fokke en Sukke over het liefde of het huwelijk. Vergelijk dit met het embleem van Poirters. Let daarbij op de volgende punten:
• Welke overeenkomsten zie je? En welke verschillen?
• Vind je Fokke en Sukke-strips een voorbeeld van moderne emblematiek? Beargumenteer je antwoord.



b. Ik denk dat Poirters met dit embleem wilt zeggen dat het niet uitmaakt of je mooi of lelijk bent, of hoe je bent. Als je maar van elkaar houdt dan kom je er wel.
c. Hieronder zie je een embleem van Fokke en Sukke. Deze kun je vergelijken met het embleem van Poirters. Overeenkomsten zijn dat het niet uitmaakt of je trouwt of niet, je moet elkaar wel echt liefhebben. Ook zijn er verschillen, want de apen zijn wel echt verliefd, maar of dit ook geldt voor de Fokke en Sukke strip...
Ik denk dat deze strip zeker een voorbeeld is van moderne emblematiek. Het heeft welliswaar geen onderschrift, maar wel tekstballonnetjes. Daarnaast probeert het ook echt een boodschap over te brengen, door middel van de tekening en de tekst. Daarom denk ik dat je dit heel goed moderne emblematiek kan noemen.
Aardse paradijzen
- De zeventiende-eeuwse hofdichten zijn een teken van de rijkdom en welvaart in de Noord-Nederlandse Republiek. Waarom is dit zo?
- Welke rol speelt de natuur in deze gedichten?
- Ga naar de website van Huygensmuseum Hofwijck (www.hofwijck.nl).
b. Zoek via internet op wat er geworden is van de buitens Ockenburg en Sorghvliet.
c. Wat is je conclusie als je de gegevens vergelijkt?
1. De hofdichten gaan over grote gebouwen en buitenplaatsen, waarmee de eigenaar graag wilde opscheppen. Daarom kwamen verscheidene dichters naar deze gebieden, om er gedichten en liederen over te schrijven.
2. De natuur krijgt een diepere betekenis in de gedichten, omdat dichters de omgeving gaan gebruiken als omschrijving van het huis.
3. a. Tegenwoordig wordt het buitenhuis gebruikt als museum. Hierbij zijn verschillende rondleidingen, workshops en onderwijsmogelijkheden. Studenten kunnen hier terecht voor de geschiedenis van dit huis. Ook zijn er concerten, lezingen en nog veel meer activiteiten. Het huis wordt dus zeer nuttig gebruikt.
b. De Sorghvliet bestaat nog steeds en is nu de ambtswoning van de Premier. Ockenburg bestaat ook nog steeds en is nu een prachtig landgoed. Er bevindt zich ook een klein vliegveld, met dezelfde naam.
c. Mijn conclusie is dat oude woningen en tuinen waar vroeger belangrijke mensen in woonden, vaak nog steeds bestaan en musea of monumenten zijn geworden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten