zondag 1 maart 2015

Literatuur leeslijst

Uit de volgende categorieën heb ik onderstaande boeken gelezen:

-      Vier boeken van voor 1880. Let op dat de vier boeken uit de verschillende periodes (middeleeuwen, renaissance, verlichting en romantiek) komen.

1.       Middeleeuwen: Auteur onbekend, Karel ende Elegast, Amsterdam, Amsterdam University Press, 2002 (geschreven rond 1250) (96 blz.*)
2.       Renaissance: P. C. Hooft, Granida – een droomhuwelijk, Amsterdam, Amsterdam University Press, 2003 (geschreven in 1605) (116 blz.*)
3.       Verlichting:  Betje Wolff en Aagje Deken, Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart, ’s Gravehage, Isaac van Cleef, 1782 (413 blz.*)
4.       Romantiek: Jacob van Lennep, De lotgevallen van Ferdinand Huyck, Amsterdam, P. Meijer Warnars, 1840 (372 blz.*)


-      Een roman van Louis Couperus, Frederik van Eeden, Marcellus Emants, Lodewijk van Deyssel, Herman Gorter, Willem Kloos, Jacob de Haan, A. Roland Holst of Carry van Bruggen.

-      Een roman/novellebundel uit de periode 1910-1945 naar keuze van F. Bordewijk, M. ter Braak, W. Elsschot,  Nescio, S. Vestdijk, E. du Perron, A. van Schendel of J.J. Slauerhoff.


5.       Simon Vestdijk, De koperen tuin, Rotterdam, Nijgh & Van Ditmar, 1950 (279 blz.)

-      Een roman uit de periode 1945-1970 naar keuze van W.F. Hermans, Harry Mulisch, Gerard Reve, Hella S. Haasse of Anna Blaman

(zie nummer 11)

-      Een roman uit de periode 1980-nu naar keuze van Jeroen Brouwers, Adriaan van Dis, Renate Dorrestein, A.F.Th. van der Heijden, Frans Kellendonk, Connie Palmen, P.F. Thomése, J.J. Voskuil, Leon de Winter, Joost Zwagerman, Manon Uphoff, Margriet de Moor, Herman Koch, Oek de Jong, Doeschka Meijsing, Jan Siebelink, Maarten ‘t Hart.

6.       Connie Palmen, De Vriendschap, Amsterdam, Prometheus, 1995 (311 blz.)

-      Een roman van een veelbelovend auteur uit het laatste decennium: Gerbrand Bakker, Kees van Beijnum, Peter Buwalda, Peter Delpeut, Stefan Enter, Arnon Grunberg, Arthur Japin, Marcel Möring, Hans Münstermann, Ilja Leonard Pfeijffer, Thomas Rosenboom, Jan Tetteroo, Tommy Wieringa, Esther Gerritsen, L.H. Dautzenberg, Hafid Bouazza, Peter Terrin, Christiaan Weijts

7.       Arthur Japin, Een schitterend gebrek, Amsterdam, Arbeiderspers, 2010 (240 blz.)**

-      Een Vlaamse roman naar keuze van: Louis Paul Boon, Stefan Brijs, Hugo Claus, Saskia De Coster, Kristien Hemmerechts, Tom Lanoye, Erwin Mortier, Yves Petry, Annelies Verbeke, Peter Verhelst, Dimitri Verhulst of Erik Vlaminck.

8.       Erwin Mortier, Godenslaap, Amsterdam, Bezige Bij, 2008 (405 blz.)

-      Een recensie-exemplaar: een in het examenjaar verschenen roman met twee gezaghebbende recensies (in kopie toevoegen). Leg je keuze eerst voor aan je docent!

9.       Esther Gerritsen, Roxy, Breda, Uitgeverij de Geus, 2014 (285 blz.)


-      Een vertaalde literaire roman uit de wereldliteratuur (NB: niet uit een taal die je als schoolvak volgt), bijvoorbeeld van Primo Levi, Garcia Marquez, Dostojevski, Tolstoj, etc etc.

10.   Gisa Klönne (vertaling door O. Groenewoud), En het woud zwijgt (vertaling van Der Wald ist Schweigen), Amsterdam, Signatuur, 2005 (344 blz.)

-      Een  “Nederland Leest! Boek” in 2012 De donkere kamer van Damokles van Willem Frederik Hermans

11.   Willem Frederik Hermans, De donkere kamer van Damokles, Amsterdam, G. A. Van Oorschot, 1958 (318 blz.)**


-      Een keuze uit bovenstaande 14 keuzes.

12.   Jan Willem Smeets, Leugens en Lotgenoten, Amsterdam, Ailantus, 2010 (237 blz.)


*Van deze boeken alleen fragmenten, omdat de hele boeken niet te vinden waren.
**Deze boeken heb ik in de vierde klas gelezen.


Roxy, Esther Gerritsen

Het boek wat ik voor mijn lijst heb gelezen in de categorie eindexamenjaar 2014/2015 was Roxy van Esther Gerritsen. Het gaat over een vrouw die veel moeite heeft met andere mensen en het omgaan met vreemde situaties. Roxy raakt haar man kwijt door een auto-ongeluk en komt er opeens helemaal alleen voor te staan.


Roxy
'Hoe reageer je als je hoort dat je man is omgekomen bij een auto-ongeluk? De zevenentwintigjarige Roxy, hoofdpersoon uit de gelijknamige roman van Esther Gerritsen, verneemt het nieuws gelaten. Ze gaat weer naar bed, probeert te slapen en belt ’s morgens aarzelend haar kennissen en naaste familie op. De dagen erna blijft ze koel, vooral wanneer ze erachter komt dat er in de aangereden auto van haar man een jonge vrouw aanwezig was, met wie hij al maanden een verhouding heeft.

Roxy is een ongrijpbaar personage. Ze voelt zich het meeste op haar gemak wanneer ze haar omgeving van een afstandje kan observeren, zonder er echt deel van uit te maken. Daarom trekt ze zich terug op de zolderkamer van haar villa, waar ze in alle rust aan haar autobiografische verhalen kan schrijven. Roxy’s familie en kennissen proberen haar zoveel mogelijk te steunen. Haar ouders, met wie ze een problematische relatie heeft, trekken bij haar in om de leegte op te vangen die er na Arthurs dood is ontstaan. Jane, Arthurs secretaresse, en Feike, de oppas van Roxy’s dochter Louise, zorgen ervoor dat Roxy alle tijd en ruimte heeft om haar verdriet te verwerken. Maar Roxy hoeft helemaal niets te verwerken. Het bezoek van haar ouders komt haar voor als opportunistisch; in een huis dat van alle gemakken is voorzien, willen haar ouders, die een bescheiden bestaan leiden in Brabant, maar al te graag verblijven. De ruimte die ze van Jane en Feike krijgt, ziet ze als een persoonlijke bevrijding. Ze kan wraak nemen op de man die haar bedrogen heeft.  Roxy gaat ver in het loslaten van de verantwoordelijkheden. Het regel- en papierwerk voor de begrafenis en de verzekering laat ze volledig aan Jane over, die zich steeds meer verbaast over de onkunde en onverschilligheid van de kersverse weduwe. Feike neemt de zorg voor Louise voor haar rekening. Wanneer Roxy zelf een keer voor haar dochter moet zorgen, zet ze haar voor de televisie en heeft ze een ‘neukpartij’ met de jonge begrafenisondernemer.

Roxy stelt voor om een gezamenlijke reis naar Frankrijk te maken, die alle dames in staat stelt om even bij te komen van alle stress en hectiek. Maar de spanningen lopen op wanneer Roxy haar verantwoordelijkheden als moeder en weduwe steeds meer op de anderen afschuift.' (Van: http://www.literairnederland.nl/2014/10/20/roxy-esther-gerritsen/ ).

Esther Gerritsen is bekend door haar psychische romans, die ze al sinds 2000 schrijft. Meer van haar boeken zijn te vinden op: http://www.degeus.nl/auteurs/auteur/esther-gerritsen.html . Ze is regelmatig te vinden in radioprogramma's en op literaire festivals en daarnaast schrijft ze elke week een stukje in de VPRO Gids, waarmee ze zeer populair is.

Het boek Roxy is aan de ene kant heel leuk om te lezen, maar aan de andere kant ook heel hysterisch. Het personage zit heel erg in de knoop met zichzelf en durft bijna niks, dit lijkt totaal niet op mij. Het is daarom wel leuk om je in te leven in de gedachten van een nogal psychisch-gestoorde vrouw, maar deels is het ook om gek van te worden.

Goede recensies die hierbij passen zijn te vinden op http://mustreads.nl/recensie-roxy-esther-gerritsen/ en http://www.nrclux.nl/roxy-esther-gerritsen/nl/product/1310903/ .



De lotgevallen van Ferdinand Huyck, Jacob van Lennep

Een verhaal uit de Romantiek is 'De lotgevallen van Ferdinand Huyck', een noodlottig boek over onder andere een schipbreuk. De geschiedenis van de achttiende eeuw komt naar voren in het leven van Ferdinand Huyck. Hij is 'een jongen van een jaar of achttien, die terugkomt in Holland van een Italiaanse reis. Bijna thuis ontmoet hij baron Van Lintz (ook ‘de Vliesridder’ genoemd) die door de politie wordt gezocht. Terecht of onterecht? – Ferdinand weet het niet, maar zal de sympathieke ridder de rest van de roman proberen te helpen, wat hem zelf in problemen brengt. Tegelijkertijd maakt Ferdinand kennis met het mooie meisje Henriëtte (Jetje) Blaek, op wie hij verliefd wordt. Helaas vindt haar oom, die voor haar zorgt, dat zij moet trouwen met zijn zoon Lodewijk...' (Van: http://www.literatuurgeschiedenis.nl/lg/19de/tekst/lg19036.html)

Het taalgebruik is vergeleken met boeken van voorgaande eeuwen best goed te volgen. De hele tekst is te vinden op http://www.dbnl.org/tekst/lenn006lotg01_01/.

Jacob van Lennep was een Nederlandse schrijver, taalkundige en politicus, net als zijn vader. Daarnaast heeft hij zijn collega's geholpen met het uitgeven van boeken, wat niet altijd volgens plan ging. Wel was hij dus veel bezig met taal. (Meer informatie op: http://nl.wikipedia.org/wiki/Jacob_van_Lennep)

Granida - Een droomhuwelijk, P. C. Hooft

titelpaginaHet verhaal begint op het platteland in Perzië, waar de vrolijke herder Daifilo van zijn ongebonden leventje geniet. Hij versiert graag meisjes, al heeft hij niet altijd succes, en maakt zich verder geen zorgen. Maar dan vraagt de prinses Granida, die bij een jachtpartij verdwaald is, hem de weg. Hij is op slag verliefd en besluit haar stilletjes te volgen naar het hof. Natuurlijk heeft hij als herder geen enkele kans, maar hij wil dan tenminste in haar buurt zijn. Daarom neemt hij dienst bij de Perzische ridder Tisiphernes, een van de huwelijkskandidaten voor Granida.


Behalve Tisiphernes heeft ook een buitenlander zich aangemeld als kandidaat voor de troon: de buitenlandse ridder Artabanus. Net als Tisiphernes gaat het hem niet om de liefde maar alleen om de macht. Tisiphernes belooft zijn landgenoten een wijs en rechtvaardig bewind; Artabanus roept trots dat hij de krachtige koning is die de verwijfde Perzen nodig hebben. Een gevecht moet uitwijzen wie de sterkste van de twee is. Daifilo toont zich de perfecte dienaar: vermomd als zijn meester vecht hij met Artabanus en wint.(http://www.literatuurgeschiedenis.nl/lg/goudeneeuw/tekst/lgge100.html


Het boek is geschreven door P. C. Hooft in 1605. Pieter Corneliszoon Hooft is geboren in 1581 en was een Nederlandse geschiedkundige, dichter en toneelschrijver. Zijn werk is kenmerkend voor de Renaissance en dus is het verhaal vertaalt vanuit het oud Nederlands. Het bestaat uit verschillende delen, te vinden op: http://www.dbnl.org/tekst/hoof001gran01_01/ .

Karel ende Elegast

Karel ende Elegast is een verhaal uit de Middeleeuwen, circa 1250. In de klas hebben we het al vaak gehad over dit oude en beroemde boek. Het verhaal gaat als volgt: Karel de Grote krijgt aan de vooravond van een hofdag van een engel opdracht om uit stelen te gaan. Hij gehoorzaamt met tegenzin, en trekt uiteindelijk het duistere woud in. Daar verslaat hij een zwarte ridder, die Elegast blijkt te heten. Omdat hij Elegast indertijd verbannen heeft, en hij niet wil toegeven dat hij op pad is om te gaan stelen, stelt Karel zichzelf voor als Adelbrecht (dat betekent: van adellijke geboorte). Ze breken in bij Eggeric van Eggermonde, de zwager van Karel. Daar is Elegast ongewild getuige van een echtelijke ruzie, waarbij duidelijk wordt dat Eggeric samen met een aantal handlangers van plan is op de hofdag Karel van het leven te beroven. Weer buiten vertelt Elegast over het complot aan Adelbrecht/Karel, die de volgende dag zijn maatregelen treft. Eggeric wordt aangehouden, maar daagt Elegast uit om in een tweegevecht als godsoordeel uit te maken wie de waarheid spreekt. Elegast wint dit gevecht en mag met de zuster van de koning, Eggerics weduwe, trouwen.

Deze samenvatting komt van http://www.literatuurgeschiedenis.nl/lg/middeleeuwen/tekst/lgme003.html , waar ook een fragment uit het boek staat, met vertaling. In oud Nederlands is het bijna onleesbaar, maar het verhaal is op zich niet moeilijk.

De auteur is onbekend, maar verschillende schrijvers hebben het boek vertaalt en opnieuw uitgegeven.